Kastelen & buitenplaatsen in Nederland
Guus Pauwels

Laatste update

12 mei 2017

Bezoeker

Home.
Brabant.
Drenthe.
Flevoland.
Friesland.
Gelderland.
Groningen.
Limburg.
Noord Holland.
Overijssel.
Utrecht.
Zeeland.
Zuid Holland.
Diversen .
Foto pagina
Officiële site kasteel Doornenburg
alle gegevens op een rij
Beschrijving Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed
Doornenburg

Kasteel Doornenburg

Kerkstraat 27

6686 BS Doornenburg

Gemeente Lingewaard

Provincie Gelderland

Weergave op de kaart

Noorderbreedte

Oosterlengte

51° 53' 37.75" N

5° 59' 55.93" E

Het kasteel ligt in de Over Betuwe, op de plek waar de Rijn en Waal splitsen en het riviertje de Linge ontspringt. De 9 woon- en verblijfruimtes tellende hoofdburcht met hoge kantelen en uitkragende arkeltorentjes op de hoeken, heeft een vierkante plattegrond, is omgracht en verbonden met de het terrein van de voorburcht middels een houten brug. De voorburcht, de grootste van Nederland, geheel omgracht en voorzien van stevige muren, is toegankelijk via een poortgebouw geflankeerd door twee ronde torens en te bereiken wederom via een houten brug. Rondom het voorplein bevinden zich een boerderij met potstal, sinds midden 19e eeuw in het bezit van de familie Derksen, een kapel, een koffiekamer, een woontoren, het woonhuis van de kasteelheer en de Langeracktoren met wapenkamer.  
Op de plaats van het huidige kasteel moet zich al rond de 9e eeuw een versterkt huis bevonden hebben, want in een akte uit 891 is er al sprake van “Dorenbruc” als bezit van de abdij Lorsch. Hieruit is in de 13e eeuw het kasteel ontstaan. De oudst bekende heer van Doornenburg was ridder Willem van Doornick die rond 1295 met de bouw van de huidige donjon begon. In de loop der tijd groeide de burcht uit en kreeg het pas in de 14e eeuw zijn huidige vorm.  De Doornenburg heeft zeven opeenvolgende geslachten van bewoners gehad: Van Doornick, Van Beylandt, Van Homoet, Van Voorst, Van Amstel, Van Heemskerk en van Bemmel. De familiewapens van de eerste drie geslachten zijn aangebracht boven de ingang van de donjon. In 18847 verwierf de familie Van der Heijden het kasteel, maar woonden er nooit. Het raakte in verval.  
De Twentse textielmagnaat baron Dr. J.H. van Beek richtte in 1936 de “Stichting tot behoud van de Doornenburg” op en begon in 1937 met de restauratie die in 1942 gereed kwam.  Helaas diende het gerestaureerde kasteel tijdens de tweede wereldoorlog als Duits hoofdkwartier tijdens de slag om Arnhem. Het kasteel werd tot tweemaal toe gebombardeerd door de Engelse luchtmacht. De overeind gebleven restanten werden door de Duitsers opgeblazen. Van Heek kon toen opnieuw beginnen. In 1966 was de gehele herbouw gereed en stond het kasteel er weer in zijn volle glorie, als een van de bestbewaarde Nederlandse middeleeuwse kastelen bij. Toen werden er ook opnames gemaakt voor de televisieserie Floris, met Rutger Hauer in de hoofdrol.  

Omschrijving gebouwen

  1. Hoofdburcht
  2. Kapel
  3. Koffiekamer
  4. Woonhuis kasteelbeheerder
  5. Boerderij
  6. Potstal
  7. Langeracktoren met wapenkamer
  8. Poortgebouw
  9. Weergang met hoektoren

 

plattegrond begane grond Doornenburg

Plattegrond gehele bouwwerk Doornenburg

  • Stichtingsperiode

    • 13e eeuw
  • Typologie

    • Compact zaal(toren)kasteel (1275-1400) De hoofdburcht van het complex de Doornenburg behoort tot de compact samengestelde toren-/zaalkastelen. In oorsprong bestond dit kasteel uit een rechthoekige toren van twee bouwlagen met een ommuurde binnenplaats. Door dichtbouwen van de binnenplaats en ophogen van het geheel is de huidige blokvorm ontstaan.
  • Status / bouwgeschiedenis

    • goed. De oudste delen zijn uit de 14e eeuw en aangetroffen in de hoofdburcht. Door de aanwezigheid van een uitgestrekte voorburg is dit een van de fraaiste middeleeuwse kastelen van Nederland. Binnen de voorburcht bevindt zich een boerderij met potstal en een kapel. Het kasteel en voorburcht is in goede staat.Kasteel Doornenburg (Kerkstraat 35) is een omgrachte middeleeuwse burcht. De hoofdburcht ontwikkelde zich uit een verdedigbare 14de-eeuwse zaaltoren met ommuurd voorplein. In de 15de en 16de eeuw is dit voorplein - dat de zuidelijke helft van de huidige burcht vormde - in twee fases volgebouwd. De omgrachte en ommuurde voorburcht met arkeltorentjes dateert uit de 15de eeuw en is de grootste van Nederland. Aan de binnenzijde van de ommuring is een deel van de weergang zichtbaar. Aan de noordzijde bevindt zich een overwelfde poortdoorgang geflankeerd door ronde torens met kantelen. De als rondeel halfrond uitgebouwde Langeracktoren aan de oostzijde is later verhoogd. In de zuidwesthoek staat de 16de-eeuwse, driezijdig gesloten slotkapel. De dienstgebouwen en kasteelboerderij aan de westzijde dateren uit de 17de en 18de eeuw, maar de kasteelboerderij - die nog steeds als zodanig functioneert - heeft nu een 19de-eeuws uiterlijk. In de dienstgebouwen bevindt zich een schouw uit circa 1660, afkomstig uit de hoofdburcht. Het in de 19de en begin 20ste eeuw zeer vervallen kasteel werd in 1937-'41 naar plannen van H. van Heeswijk gerestaureerd naar de middeleeuwse situatie. In 1945 werd de hoofdburcht echter geheel en de voorburcht grotendeels verwoest. Alleen de slotkapel bleef nagenoeg gespaard en is dus nu het meest oorspronkelijk gedeelte van de burcht. In 1947-'51 is de voorburcht gerestaureerd onder leiding van M.J.J. van Beveren. De hoofdburcht heeft men in 1955-'64 herbouwd.
  • Bouwgeschiedenis

    • Uit de oudste vermelding d.d. november 1385 kunnen we opmaken dat een "Heer Willem, miles de Darenborch" zoals deze genoemd wordt in een akte van 1 mei 1295, de Doornenburg heeft bezeten. Verondersteld wordt hier dat dit hetzelfde huis is als ons is overgeleverd. Met Wilhelmus als mogelijke eerste bouwheer kunnen we de oudste fase dateren rond 1300 DE HOOFDBURCHT is een bijna vierkant ogend blok met een plattegrond van 21 x 18m. In de oudste vorm bestond deze burcht uit een enkel en omgracht rechthoekig gebouw bestaande uit een kelder met daarop een verdieping. Deze verdieping was voorzien van een borstwering met kantelen; de dichtzetting hiervan is op oude foto's nog waarneembaar. In de noordmuur van het oorspronkelijke huis bevond zich de toegang en een trap die leidde naar kelder en verdieping. Op de tekeningen van Scheepens en later Berghuis (Rdmz) is een tweede toegang tot de eerste verdieping weergegeven. Deze bevond zich recht boven de toegang op begane grond. Aan de noordzijde bevond zich een ommuurde binnenplaats van ongeveer dezelfde afmeting als het huis. Deze eerste fase werd gezien als 14e-eeuws. De ommuring van de voormalige binnenplaats voorzag in een weergang op zes tot zeven spitsbogen. Opmerkelijk is dat de oostmuur van de binnenplaats tot de eerste verdieping massief doorgemetseld was. De oorspronkelijke toegang tot de voormalige binnenplaats bevond zich in deze oostmuur. Vervolgens heeft men in een aantal fasen de binnenplaats dichtgebouwd. Deze binnenplaats werd in tweeën gedeeld door een dwarsmuur lopend van noord naar zuid. Gelijktijdig zijn de spaarbogen gedicht.Daarna werd een vloer aangebracht ter hoogte van de vloer van de oude zaal. Onder deze nieuwe vloer onstond de westelijke kelder die uitgediept moest worden om voldoende hoogte te verkrijgen. De noord- en westgevel van dit ontstane bouwdeel werden opgehoogd en opnieuw van een gekanteelde borstwering voorzien. Op de hoek werd een arkeltorentje geplaatst. Dit werk behoort tot de tweede bouwfase van het kasteel en is gedateerd in de 15e eeuw en zou dus van een van de Van Bylandts moeten zijn. Tijdens de derde bouwcampagne in de 15e eeuw is de oostvleugel opgetrokken tot op hetzelfde niveau als zaal en westvleugel. In plaats van een kelder uit te diepen heeft men de vloer van de begane grond hoger laten beginnen. Ook dit bouwdeel werd voorzien van een gekanteelde borstwering, zodat deze op hetzelfde niveau rond het gebouw liep. In de vierde fase, ook 15e-eeuws, heeft men kort na het dichtbouwen van de binnenplaats het achterblok (de eerste fase) verhoogd met een verdieping. Ook werd de traptoren toegevoegd. Dit bouwdeel kreeg een zadeldak met aan de oost- en westzijde een topgevel. Zuid- en noordgevel werden voorzien van kantelen. Kort hierna is de oostelijke topgevel vervangen door eveneens een borstwering met kantelen en werd het dak afgewolfd. Gelijktijdig werd het hoektorentje op de ZO-hoek aangebracht (vijfde fase) (Tekst en tekening zijn hier in tegenspraak, er is hier voor de tekening gekozen). Vervolgens heeft men tijdens de zesde bouwfase de oostvleugel opgetrokken inclusief het hoektorentje op de NO-hoek In de 16e eeuw wordt in de zevende bouwfase de noordwestvleugel op niveau gebracht. Het noordwestelijke hoektorentje werd mede verhoogd en voorzien van een spits dak; voorheen had dit torentje kantelen, aansluitend op de borstwering van het vorige niveau. Ook werd in de noordwestvleugel een tweede dwarsmuur (noord-zuid) opgetrokken. Deze zevende fase gaf het kasteel zijn huidige vorm. Tenslotte is het kasteel na de tweede helft van de 17e eeuw gemoderniseerd. Zo zijn de vensters vervangen en is de zaal (oostblok) heringericht. Tevens zijn de gang en aangrenzende ruimten van stucplafonds voorzien (Rag,AD. en Nederlandse monumenten dl III, 1968).De Burcht is in de periode 1937-41 gerestaureerd, maar op 13 maart 1945 door een aanval van Engelse jachtbommenwerpers vernietigd. Het nog deels intacte poortgebouw is door de Duitsers opgeblazen. (Hemmen, F., 1987, de ondergang van kasteel de Doornenburg in maart '45 in: Terugblik jaargang nr 25, blz. 290-92.) In de periode 1947-64 zijn voor- en hoofdburcht respectievelijk hersteld en opnieuw opgebouwd.Van de hoofdburcht zou door gebrek aan subsidie alleen de oudste fase (de zaal) hersteld worden. Later, door het verkrijgen van voldoende subsidie, is ook de rest van de hoofdburcht hersteld. Zo is bij toeval een bouwnaad tussen de noord- en de zuidvleugel ontstaan die de restauratie ten goede is gekomen: het oorspronkelijke kasteel had een vergelijkbare naad, ontstaan door een zelfde fasering. DE VOORBURCHT: het oudste muurwerk van de (huidige) voorburcht is jonger dan het oudste muurwerk van de hoofdburcht. Het oudste muurwerk van de voorburcht bevindt zich aan de zuidzijde van de westmuur en is gedateerd als 15e-eeuws, gelijk aan de 3e fase van de hoofdburcht. Een deel van deze westmuur vormt nu de buitenmuur van de kapel uit de 16e eeuw en een gedeelte van de bijgebouwen. Deze bijgebouwen zijn gerestaureerd en dateren uit de 17e en 18e eeuw. De rest van de westelijke weermuur is, behoudens naoorlogse restauraties, eveneens uit de 17e en 18e eeuw. Het opnieuw opgebouwde poortgebouw (1951) en het oostelijk deel van de noordmuur werden gedateerd als 15e-eeuws, vergelijkbaar met de 6e fase van het hoofdgebouw De oostmuur tot en met de Langerackstoren (deels nog intact) behoren tot dezelfde fase. De buiten de ommuring geplaatste vierkante NO-toren is een naoorlogse restauratie van een reconstructie uit de jaren 1937-1941. Het zuidelijk deel van de oostmuur is in de 16e eeuw tot stand gekomen, gelijk aan de zevende fase van de hoofdburcht. Tegen de binnenzijde van dit gedeelte van de oostmuur, tussen de Langerackstoren en de zuidoosthoek, heeft een groot gebouw gestaan dat jonger is geweest dan de weermuur. De zuidmuur is uit dezelfde fase van de 16e eeuw. Op de plaats waar de brug naar de hoofdburcht begint liggen de fundamenten van een rechthoekig poortgebouw, waarschijnlijk ook uit de 15e eeuw; de oostgevel van de kapel staat er deels overheen. Links van dit voormalig poortgebouw (ten oosten) bevond zich een onderkelderd gebouw dat mogelijk gelijktijdig opgetrokken is met dit gedeelte van de weermuur, daar bogen voor een weergang ontbreken.
  • Bezitsgeschiedenis

  • Afmetingen

    • Het totale terrein, inclusief de grachten, beslaat ca 9000 m2 . De buitenmaten van de voorburcht zijn: N-zijde ca 55,50 m, O-zijde ca 69,40m, Z-zijde ca 47m, W-zijde ca 66,70 m. Dit geeft een buitenomtrek van ca 239 m. De hoofdburcht heeft met de buitenmaten van 21x18 m een omtrek van 78 m.
  • Oudste vermelding

    • Datum: 1385-22-november Bron: Rag, archief Doornenburg, toegang 0382 inv. I Wij Henric van Hacvaerden en[de] vrouwe Guede, echte wijff Henricus voirs[seyt] doen kont.. en[de] kenne[n] mit desen teghenwordigh[en] brieve dat.. Johan van Bylant voirs[eyt]. hebbe[n] sal en[de] erflike behalden die borch en[de] dat huys ter darenborch mit allen syne[n] toebehoer end[de] alle erffnisse ghelege[n] inden kyrspel van darenborch en[de] in der bethue.. die he[re]n Willams mijne vader ende mijne moeder en[de] he[re]n Willams mijne broeder voirs. afer ghelaten hebben..dusent driehondert viefendetachtenich op sente cecilendach der heilige jonfrouwen" Rag, AD, inv. I)
  • Functie

    • Museum Trouwlokatie Zalenverhuur / feesten Zalenverhuur / vergadering
  • Synoniemen

    • De Doornenburg / Dorincburc
  • Etymologie

    • De naam bestaat uit twee delen: burc staat voor versterking, waarschijnlijk omringt door doornstruiken
  • Relevante links

  • Rijksmonument nummer

    • 8942
  • Literatuur

  • info doornenburg, gemeentewapen lingewaard